Van de bijna 400 miljard aan salaris ging 77 miljard naar het spaarvarken.
Bijna een kwart van het beschikbaar inkomen van huishoudens werd vorig jaar gespaard, tegen een spaarquota van bijna 17 procent een jaar eerder. Volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) vielen als gevolg van de crisis de uitgaven sterk terug.
In 2020 werd volgens het statistiekbureau 77,1 miljard euro gespaard, 33,8 miljard euro meer dan een jaar eerder. De netto-inleg in de pensioenvoorzieningen nam met bijna 1,9 miljard euro af tot 25,3 miljard euro. Het spaartotaal kwam daarmee uit op 102 miljard euro.
Huishoudens gaven vooral minder geld uit aan verre vakanties en restaurant- of theaterbezoeken. Er werd wel meer geld uitgegeven aan eten en genotmiddelen.
Het inkomen van huishoudens steeg in doorsnee met 2,4 procent. Dat kwam vooral doordat werknemers meer verdienden. De beloning van werknemers steeg met 15,4 miljard euro tot 393,4 miljard euro, wat neerkomt op een plus van 4,1 procent. De cao-loonstijging was met 3 procent de sterkste in twaalf jaar. De cao-loonstijging gecorrigeerd voor inflatie was zelfs de hoogste in 34 jaar.
Het aantal banen en het aantal gewerkte uren daalden, mede als gevolg van de crisis. Door de steunmaatregelen van de overheid kregen veel werknemers toch hun volledige loon doorbetaald.
Voor zelfstandigen was sprake van de laagste inkomensgroei in zeven jaar. In de bouw loonde het om zzp’er te zijn, maar in de horeca was het tegenovergestelde het geval. Voor het eerst sinds 2009 werkten zelfstandigen bij elkaar minder uren dan een jaar eerder. Daarbij zorgden ook hier overheidsregelingen dat inkomens van zzp’ers op peil bleven.
De inkomsten uit sociale uitkeringen lagen 8,4 miljard euro hoger. Volgens het CBS was zowel bij pensioen- als werkloosheidsuitkeringen sprake van een toename. Ook lag het ziekteverzuim hoger, wat resulteerde in een hogere loondoorbetaling bij ziekte. Verder werd meer belasting betaald, maar waren huishoudens minder geld kwijt aan sociale premies.
Bron @Accountantweek.nl