De Oeso bracht recent positief nieuws voor de Nederlandse schatkist. De Parijse denktank van welvarende landen, die belastingafspraken voor multinationals coördineert, onthulde de voordelen van de wereldwijde minimumwinstbelasting. Nederland komt hier gunstig uit.
Directe buitenlandse investeringen
Nederlandse beweert geen belastingparadijs te zijn, maar de Oeso classificeert Nederland wel als een investeringshub. Samen met landen als Ierland, Luxemburg en Zwitserland behoort Nederland tot deze categorie, waar de inkomende directe buitenlandse investeringen meer dan 150% van het bruto binnenlands product (bbp) bedragen, in het geval van Nederland zo’n €4000 mrd.
Recente prognose
Volgens de laatste schatting van de Oeso zal de wereldwijde minimumtaks tussen de $155 mrd en $192 mrd aan extra belastinginkomsten opleveren. Hoewel dit lager is dan de voorspelling van $220 mrd vorig jaar, overstijgt het nog steeds de inschatting van 2020.
Opvallend is dat investeringshubs, waaronder Nederland, het meest profiteren van de gewijzigde internationale belastingafspraken. Ze zien een stijging van de inkomsten uit de winstbelasting tussen de 14% en 34%, wat verrassend is volgens onderzoeker Tim van Brederode van de Universiteit Leiden.
Waarom investeringhubs?
Volgens de Oeso zijn tweederde van de extra overheidsinkomsten direct te danken aan de minimumwinstbelasting van minimaal 15% voor multinationals met een omzet vanaf €750 mln. Daarnaast verwacht de denktank dat multinationals minder geneigd zullen zijn winsten naar laag belaste landen te verschuiven vanwege verminderde tariefverschillen. Deze indirecte effecten dragen een derde bij aan de voorspelde extra overheidsinkomsten.
De verrassende voordelen voor belastingparadijzen zijn contra-intuïtief, volgens Rasmus Corlin Christensen van de Kopenhagen Business School. Ierland en Nederland zullen naar verwachting het meest profiteren van de minimumtaks vanwege zowel hoge winsten als serieuze aanwezigheid van multinationals.
Toekomstige beslissingen
Manal Corwin, belastinghoofd bij de Oeso, erkent dat investeringshubs op korte termijn het meest profiteren. Belangrijker is echter welke beslissingen bedrijven in de toekomst zullen nemen. Corwin voorspelt dat bedrijven minder snel complexe structuren in investeringshubs zullen opzetten vanwege verminderde fiscale prikkels.
Het doel van de minimumtaks is expliciet om laag belaste landen minder concurrerend te maken. Op de middellange termijn kunnen deze landen belastingkortingen en subsidies invoeren om concurrerend te blijven, aldus Edwin Visser van PwC. In Nederland roept de Eerste Kamer de regering op om nieuwe maatregelen te nemen om concurrerend te blijven na de invoering van de minimumbelasting in 2024.
Bron @Nextens