self-assured-happy-business-partners-stand-backs (1)

Herroeping van schenking leidt niet tot volledige eigenwoningvrijstelling

Een schenking wordt later herroepen om volledig gebruik te kunnen maken van de eigenwoningvrijstelling. Deze herroeping heeft echter geen terugwerkende kracht en komt dus op grond van het overgangsrecht in mindering op de vrijstelling.

Een vrouw ontvangt in 2009 van haar vader een herroepelijke schenking van € 22.760. De schenking valt onder de eenmalig verhoogde schenkvrijstelling voor schenkingen aan kinderen jonger dan 35 jaar. De vrouw komt op 10 oktober 2017 met haar vader een herroeping van de schenking overeen. In de overeenkomst staat dat de schenking wordt omgezet in een lening, die de vader per 18 oktober 2017 zal kwijtschelden. De vader schenkt op de kwijtscheldingsdatum nog € 80.000 aan zijn dochter, waardoor het totale schenkingsbedrag in 2017 op € 102.760 uitkomt. Zij beroept zich daarna in haar aangifte schenkbelasting voor 2017 op de eenmalig verhoogde vrijstelling van € 100.000 voor schenkingen ten behoeve van de eigen woning (eigenwoningvrijstelling). De inspecteur kent op grond van het overgangsrecht slechts een vrijstelling van € 27.650 toe, omdat de eenmalig verhoogde vrijstelling al in 2009 was geclaimd. Hij past daarnaast de ‘reguliere’ ouder-kind vrijstelling van € 5.320 toe.

Eigenwoningvrijstelling slechts deels van toepassing

Rechtbank Zeeland-West-Brabant volgt het standpunt van de inspecteur dat er slechts recht bestaat op een totale vrijstelling van € 32.970. Het is niet in geschil dat de herroepelijke schenking van 2009 op 10 oktober 2017 daadwerkelijk is herroepen. De herroeping van de schenking betekent niet dat de schenking van 2009 niet meer meetelt voor het overgangsrecht bij de verhoogde schenkvrijstelling. De vrouw kan zich niet beroepen op het goedkeurend beleid van de staatssecretaris waaronder een herroeping wél gevolgen heeft. Dit beleid geldt alleen als een schenking wordt herroepen uit niet-fiscale motieven, en de inspecteur stelt onweersproken dat er hier sprake is van fiscale motieven. Aangezien vaststaat dat de schenking van 2009 is herroepen, kan de vrouw niet stellen dat er in 2017 slechts € 80.000 is geschonken.

Bron @Taxence