Een medewerker van een uitzendorganisatie die onder werktijd op sollicitatiegesprek gaat voor een andere baan, zonder dit te melden en hiervoor verlof aan te vragen, heeft volgens de kantonrechter terecht ontslag op staande voet gekregen van zijn werkgever.
De medewerker heeft eind mei te horen gekregen dat zijn arbeidscontract voor bepaalde tijd bij de uitzendorganisatie per half augustus sowieso niet zal worden verlengd en moet dus op zoek naar een andere baan. Hij krijgt vervolgens ontslag op staande voet vanwege het niet opgeven van privé afspraken op 8, 20 en 23 juni 2022, waar hij onder werktijd en met zijn bedrijfsauto naartoe is gereden. De medewerker ging op deze dagen bij meerdere bedrijven op sollicitatiegesprek, zonder hiervoor verlofuren aan te vragen.
Ernstig verwijtbaar handelen
De uitzendorganisatie stelt dat de medewerker ernstig verwijtbaar heeft gehandeld door onder werktijd naar privé afspraken te gaan, zonder daarvoor verlof aan te vragen. Bovendien heeft hij hiervoor zijn bedrijfsauto ingezet, die niet voor privédoeleinden mag worden gebruikt. Het bedrijf kan ook met stukken onderbouwd aantonen dat de medewerker onder werktijd naar sollicitatiegesprekken is geweest. Daarnaast heeft hij ook enkele sollicitatiebrieven en zijn CV vanaf zijn werkmail naar zijn privé mail gestuurd. Deze handelingen schreeuwden om een uitleg van de medewerker aan zijn werkgever, maar die heeft de medewerker nooit gegeven.
Op staande voet
De kantonrechter stelt dat de medewerker, ondanks dat hij hiertoe meerdere malen in de gelegenheid is gesteld, heeft nagelaten openheid van zaken te geven over de door hem tijdens werktijd verrichte privé (sollicitatie) activiteiten. Het onderlinge vertrouwen tussen de medewerker en werkgever is daardoor onherstelbaar beschadigd. Hierdoor is er voor de werkgever sprake van een dringende reden die ontslag op staande voet voor de medewerker rechtvaardigt.
Verloren vertrouwen
Het is dus logisch dat de werkgever daardoor het vertrouwen in de werknemer heeft verloren zodat niet kan worden verlangd dat hij het dienstverband langer in stand wil houden. Daarom is er in dit geval volgens de kantonrechter sprake van een rechtsgeldig gegeven ontslag op staande voet. De door de werknemer verzochte gefixeerde schadevergoeding en billijke vergoeding worden afgewezen. Wel is de werkgever aan de medewerker een vergoeding verschuldigd in de vorm van het vastgestelde loon over de termijn dat de arbeidsovereenkomst bij reguliere opzegging had behoren te duren.
Bron @RechtNetadvocaten